Categoriearchief: Klussen met kijkers

Beter goed gejat dan slecht bedacht.

Vier weken vakantie had ik tussen mijn oude en mijn nieuwe werk. En het was vier weken lang snertweer. Het was koud en het regende, dus vermaakte ik me binnenshuis. Terwijl de regen met bakken uit de hemel viel, hield ik een grote voorjaarsschoonmaak en maakte kamer voor kamer mijn huis schoon. En ik knutselde en frutselde. Ook wel eens fijn dat ik daar alle tijd voor had.

Een tijdje terug zag ik een plaatje op internet van een leuk lampje. Iemand – geen idee wie – schijnt ze te verkopen. Natuurlijk had ik kunnen gaan zoeken naar de verkoper van het lampje om er een te kunnen kopen. Maar het leek mij nou juist zo leuk om er eentje te máken. Want ik had helemaal geen lampje nodig. Maar wel iets om de tijd te doden.

Bij Action kocht ik een koplamp en een ledenpop. Jammer dat ik zo snel geen oude koplamp kon vinden! En bij de Hema kocht ik een houten kistje waar het poppetje op kon zitten. Ik besloot niet voor de dynamo-versie te gaan. Dynamo’s zijn een beetje uit de tijd nu iedereen losse fietslampjes gebruikt dus een oude dynamo kon ik ook al niet vinden. Daarom besloot ik te gaan voor een lezende versie.

Ik greep de ledenpop en stok bruut zijn kop van zijn romp. In zijn romp bleek, heel logisch eigenlijk, een veer te zitten. En ik bleek die veer eigenlijk vrij simpel aan de koplamp te kunnen haken. Dat was dat. Daarna beitste ik het lijf met een restje beits dat nog in de berging stond. Het gladgeschuurde kistje maakt ik ‘oud’ door er flink op te slaan met een sok met daarin wat schroeven en moeren. Daarna beitste ik het kistje twee keer zodat het een andere kleur kreeg dan het poppetje. Ik plakte het poppetje op het kistje, printte een miniboekje uit en plakte dat aan de handjes van het poppetje vast.

En dat was dat. Hoewel ik me verheugd had op een urenlange knutselsessie, was het eigenlijk zo klaar. En het regende nog steeds. Dus pakte ik maar weer een emmer met sop om de volgende kamer te poetsen. Mijn lampje zette ik op de vensterbank. Kon-ie lekker naar de regen kijken terwijl hij zijn boek las. Het hele project kostte me nog geen tien euro. Ongeveer vijf euro voor de koplamp en vijf voor het poppetje. En een sok. Het kostte me ook een sok. Wat dat trucje met die schroeven en moeren heeft mijn sok niet overleefd. Mijn lampje is niet helemaal geworden zoals ik het in mijn hoofd had maar ik vind ‘m leuk! Hij mag blijven.

Stoere dame.

Vier weken vakantie had ik tussen mijn oude en mijn nieuwe baan. Vier weken had ik alle tijd voor van alles en nog wat. En op de laatste dag van mijn vakantie kreeg mijn auto een mankementje. Het knopje waarmee ik mijn autoraampjes naar beneden kan doen, was los geraakt en ín het portier gevallen. En ik had dus geen tijd om langs de garage te gaan omdat ik aan het werk moest. In een garage notabene.

Ik klaagde via WhatsApp bij Beste Vriendin en Beste Vriend over gedoe, kosten en geen tijd. “Vraag of je nieuwe collega’s morgen even kijken!” grapte Beste Vriendin. “Fluitje van een cent” appte Beste Vriend “Dat klikken ze er gewoon in. Als je een beetje handig bent, kun je dat zelf.”

Dat triggert dan iets, hè. Want ik vind mezelf best handig. En ik kon het op zijn minst proberen, toch? Mocht het me niet lukken, dan kon ik altijd nog naar de garage gaan. “Stoere dame!” appte Beste Vriend toen hij hoorde dat ik het ging proberen. “Zeg dat nog maar een keer als het gelukt is”, appte ik terug. Ik zocht op Google hoe ik een deurpaneel uit mijn merk auto moest halen. Dat leek eigenlijk vrij simpel. Dus gewapend met wat schroevendraaiers ging ik aan de slag. En wat bleek? Het was inderdaad een fluitje van een cent.

En wat is nou een mooiere binnenkomer op je nieuwe werk in een garage?
“Jongens, zouden jullie mijn auto willen repareren?” of “Jongens, ik heb gisteren mijn auto gerepareerd!” Dat laatste natuurlijk! En als het als officemanager niet lukt daar, dan word ik gewoon monteur.

DIY Muurdecoratie.

In een vloek en een zucht heb ik begin vorig jaar mijn huis opnieuw ingericht. Ik verfde de muren, kocht nieuwe meubels, beging wat flaters en als finishing touch hing ik een eigen werk aan de muur. Er was één ding wat nog ontbrak; iets om aan de muur boven de bank te hangen.

Omdat ik het best lastig vond om te beslissen wat ik daar wilde hangen, deed ik even helemaal niks. Ik wachtte geduldig af tot ik ‘ergens tegen aan zou lopen’. Ik liep tegen van alles aan. Een leuke boekenkast, een mooie plant en allerlei andere spullen maar niet tegen een schilderij. Maar de lege plek boven de bank wende en ik dacht er eigenlijk niet eens meer aan om daar iets op te hangen.

Tot het me ineens opviel dat je de gaatjes kon zien waar ooit een schilderij hing. Die gaatjes heb ik uiteraard dichtgesmeerd maar als je wéét dat ze er zitten, zie je ze. En als je ze eenmaal ziet, kun je ze ook niet meer niet zien. Dus begon ik me te irriteren aan die gaatjes. Dat vroeg om een oplossing. Een tijdelijke oplossing, liefst zo goedkoop mogelijk.

Dus wandelde ik de plaatselijke Action binnen en kocht een stel rieten placemats in verschillende formaten. Ik vond in de berging nog een restje muurverf en beschilderde de placemats zodat ze mooi matchten met de muur tegenover de bank. Tenslotte prikte ik de placemats met kopspelden vast aan het behang. Et voilá! Geen gaatje meer te zien!

 

Misschien vind ik ooit nog een schilderij. Misschien ook wel niet.
Voorlopig voldoet dit prima. Kosten: nog geen tien euro. Kijk! Daar houd ik van! 

Hysterisch.

Dus toen ik dat logje geplaatst had over de kerstboom van dochterlief, werd het tijd om mijn eigen boom te zetten. Even twijfelde ik nog. Gedoe, geen zin en waarom zou ik? Maar toen dacht ik weer aan de kerstbomen in het VU en wat een voorrecht het eigenlijk is om de kerstboom te kunnen zetten. Ik counte mijn blessings en sleepte de boom en de dozen versiering uit de berging.

Het was nog even puzzelen wat – met de nieuwe inrichting – het beste plekje was voor de boom. Uiteindelijk werd het een hoek van de kamer, bij de balkondeur dit in dit jaargetijde toch niet open hoeft. Ik zette de boom in elkaar en maakte de doos met versieringen open. Met Michelle ’s kleurige boom in mijn gedachten vond ik het ineens maar een saaie bende.

Zilveren kerstballen, gouden kerstballen en nog een doos met simpele rode ballen. Die laatste zijn geen optie meer. Ik houd van blauw. En van groen. Ex houdt van rood. En hij won waardoor ik de rode stoelen, rode gordijnen, rode koffiebekers en rode kerstballen 18 jaar lang gedoogd heb. Simpel rood is geen optie meer. En van dat saaie zilver en goud werd ik ook niet echt blij. Ik wilde meer kleur. Veel kleur.

Het was inmiddels half negen ’s avonds. De winkels waren al dicht. Je hebt mensen die dan een kopje koffie pakken, rustig op de bank gaan zitten en de volgende dag gaan shoppen voor gekleurde kerstballen. En je hebt mij; ik wil gekleurde kerstballen. Hysterisch gekleurde ballen. En die wilde ik meteen!

Ik rommelde tussen mijn hobbyspullen en vond een doos acrylverf in allerlei kleurtjes. Aha! Ik ging aan tafel zitten en verfde een paar kerstballen. Strepen, bolletjes. Dat ging eigenlijk best goed. De verf was een beetje streperig maar eenmaal in de boom, zag zo’n beschilderde bal er prima uit. Vervolgens stapte ik over op een setje watervaste stiften, dat ik ooit voor een prikkie kocht bij Action. Dat bleek nog beter te werken. Ik tekende bolletjes en lijntjes op de zilveren kerstballen.

Toen ik me vervolgens ook nog bedacht dat ik ergens washi-tape had liggen dat ik nooit gebruik, leefde ik me daarmee ook uit. En eigenlijk gaf dat nog het beste effect. Een paar stukjes tape over een kerstbal en het zag er al heel anders uit. En wat gewoon het aller-aller-beste werkte, was het potje witte verf dat ik nog had staan! Stipje hier, stipje daar. En ik doopte een paar ballen met hun kontje in de verfpot. Perfect!

Et voila! Daar is-ie, hoor. Mijn hysterische kerstboom.