Als puber paste ik regelmatig op mijn kleine neefjes en nichtjes. Dat deed ik graag, vooral omdat ik – als het grut sliep – lekker ging badderen in het huis van mijn broer of zus. Heerlijk vond ik dat! Toen al.
Toen ik eenmaal op mezelf woonde, ging ik jarenlang badkuip-loos door het leven. Dat ging prima, hoor. Maar ik vond het wel eens jammer. Tot een toenmalig vriendje zo lief was een badkuip voor me te installeren. Ik was de koning te rijk! Het was geen groot bad, maar ik vond het heerlijk. Vooral in de zomer met het badkamerraam wijd open. Ik heb jarenlang plezier gehad van mijn bad, tot ik hem ineens beu was en in een opwelling de badkuip eruit sloopte.
Toen ik bij Frank ging wonen, had hij een badkuip. En man, wat heb ik daar veel gebadderd! Ik kon úren in de badkuip liggen. Muziek aan, een boekje erbij. Onze Spike zittend op de badrand. En Frank die me chipjes kwam brengen of een wijntje serveerde. Hoe sjiek wil je het hebben? In het appartement waar ik nu woon, heb ik alleen een douche. En dat is prima. Maar soms heb ik zo’n enorme zin om in bad te gaan. Ik kan bij mijn dochter gaan badderen natuurlijk. Maar 40 minuten rijden om te badderen? Nee, laat maar.
Laatst liep ik in de plaatselijke Prijsmepper*. Ik dwaalde wat door de winkel en besloot net dat ik met lege handen het pand zou verlaten toen ik midden in een gangpad bijna struikelde over een stapel dozen. Het waren opblaasbare badkuipen. Nou heb ik die wel eens vaker gezien. En ik heb vaak geroepen dat ik er eentje zou kopen. Maar ik heb het nooit gedaan. En nu struikelde ik er bijna over.
Ik heb er nooit een gekocht omdat ik twijfelde of het wel wat zou zijn. Zou dat nou écht lekker badderen? En zou ik daar dan vaak gebruik van maken? Ik had geen zin om geld uit te geven aan iets wat alleen maar in de weg zou liggen en wat ik niet zou gebruiken. Maar deze Prijsmepper-badkuipen waren niet zo heel duur. Dus besloot ik er eentje mee te nemen. Om te proberen.
Vol verwachting blies ik die avond de badkuip op. Ik giechelde om de panterprint op de zijkant en om het ‘deksel’ wat je dicht kunt ritsen om het water warm te houden. Er zitten zelfs uitsparingen in voor een drankje! Voorzichtig ging ik in het nog lege bad zitten. Het bad is niet groot, maar dat ben ik ook niet dus het paste. Daarna liet ik het bad vol lopen. Of nou ja, vol. Echt vol hoeft zo’n klein badje natuurlijk niet. Want waar ik zit, kan geen water zitten en er is best veel van mij. Wat kostentechnisch heel gunstig is natuurlijk.
En verhip! Het badderde eigenlijk best lekker. Of in elk geval lekker genoeg! De volgende uitdaging was het leeg laten lopen van het bad. Ik was bang dat ik zo’n soort vloedgolf in de badkamer zou krijgen waarbij het water zó over de drempel de hal in zou lopen. Maar het water liep rustig weg, door het afvoerslangetje zo het putje in. Niks vloedgolf. Niks overstroming. Niks aan het handje. Daarna liet ik mijn bad drogen en leeglopen en daarna borg ik hem op onder mijn bed waar nog nét een plekje vrij was.
Kortom; mijn experiment is geslaagd! Ik kan weer badderen.
En ach.. het is maar goed dat Spike er niet meer is.
Een kat op de badrand van dít bad lijkt me niet zo’n succes.
- Voor wie Prijsmepper niet kent: als je denkt dat Kruidvat bende verkoopt, dan moet je eens bij Prijsmepper kijken. Bij Prijsmepper verkopen ze bende die zelfs bij het Kruidvat niet verkoopbaar bleek.