Categoriearchief: Dochterlief

2021 – Een jaar in beeld

2021 was het tweede coronajaar. En ook het jaar dat mijn oude moedertje moest verhuizen naar een zorgcentrum. Waar ze eerst in quarantaine moest en ik haar volledig ingepakt bezocht. 2021 was ook het jaar van sneeuw. Heel veel sneeuw. Gelukkig was 2021 ook het jaar van thuiswerken. Lekker bij de verwarming met Spike altijd bij me in de buurt, tot hij in juni overleed. Wat wordt-ie gemist. 💔

2021 was het jaar van veel wandelingen. Vooral op het strand. Soms alleen en soms met vrienden. Het was het jaar van weinig bezoek en weinig uitjes. Behalve dan die avond dat Michelle en ik naar de musical Aladdin gingen. En we gingen alwéér niet naar Dublin dit jaar maar naar Breda, waar we samen een drankje deden in wat ooit mijn stamkroeg was. ❤️

2021 was het jaar dat mijn moeder ziek werd en bijna dood ging. Tot ze besloot dat toch maar niet te doen en wonderbaarlijk weer genas. Ze verloor drie kilo lichaamsgewicht maar ze behield haar gevoel voor humor. 2021 was het jaar dat ze Moederdag bij ons vierde en wij Kerst bij haar. 2021 was het jaar dat ik haar voor het eerst in anderhalf tijd eindelijk weer een knuffel kon geven. En mijn dochter dat vastlegde op video. ❤️

2021 was ook het jaar waarin Michelle veel turnde. En mij de filmpjes stuurde van haar capriolen. Gelukkig maar! Ze vrolijken mijn filmpjes behoorlijk op. Thank, mop! 😘

Maar 2021 was vooral het jaar van grote beslissingen, van twijfel, van stress. Maar ook van weten dat het goed is zo. En dat het beter wordt. In 2022. Ik heb er zin in! 🎉

Ik wens jullie een hele fijne jaarwisseling en een gelukkig en gezond 2022.
Maak er iets moois van! 😘

 

De hortus botanicus van Nicky

Het trieste einde van de aloë vera.

In augustus plaatste ik een logje over de enorm slechte conditie van mijn kamerplanten. En hoe ik ervoor zou zorgen dat ze allemaal weer gingen groeien en bloeien. Ik installeerde zelfs een app op mijn telefoon om mij daarmee te helpen. Hoogste tijd voor een update. Ik had jullie graag willen melden dat mijn kamerplanten enorm opgefleurd zijn en tegen de klippen van de hel omhoog groeien. Helaas. De waarheid is iets minder rooskleurig.

Dat appje is op zich best handig. Je krijgt elke dag een seintje welke plant water moet hebben. Je kunt de status van je planten bij houden en er is zelf een heus plantenkerkhof waar je je overleden planten heen kunt brengen. Voor de verwerking van het verdriet over je overleden plant is dat misschien wel goed. Toch bleek ik zelfs met een app niet in staat mijn planten in leven te houden.

Als eerste moest ik afscheid nemen van mijn graslelie. De blaadjes gingen van ‘een beetje bruin’, via ‘behoorlijk bruin’ naar ‘bijna zwart’. Ik moest constateren dat mijn graslelie het loodje had gelegd. Eerlijk gezegd was ik niet erg aan haar gehecht en mikte ik de stoffelijke resten zonder pardon in de afvalbak. Stiekem juichte ik een beetje. Want die graslelie was écht niet om aan te zien. En aangezien ik nu weer een lege bloempot had, mocht ik van mezelf een nieuwe plant kopen.

Iets treuriger werd het, toen ik op een morgen de huiskamer binnen kwam, en zag dat mijn aloë vera-plant alle hoop verloren had. Ze was van een fier rechtopstaande plant al getransformeerd naar hangplant door mijn goede zorgen en gaf er daarna zelf de brui aan. Zonder uitzicht op verbetering, heeft ze zichzelf uit de pot vanaf de kast te pletter gestort op de grond, 1.80 meter lager. Dat vond ik toch wel heel verdrietig.

Maar wat écht mijn hart brak was het overlijden van de bananenplant-baby, die ik van mijn dochter kreeg.  “Het is mijn eerste bananenplant-baby!” jubelde het kind blij toen ze mij trots haar eerste baby-plant overhandigde. Ik heb haar zonder ongelukken groot gebracht, dus ze had er alle vertrouwen dat ik haar bananenplantbaby ook gezond groot zou brengen. Maar die planten-baby bleek lastiger in onderhoud te zijn dan een mensenkind. Ik deed enorm mijn best, samen met mijn appje. Maar ik kon niet voorkomen dat de bananenplant-baby binnen een dag bruin werd en ik afscheid moest nemen. Gelukkig verzekerde mijn dochter mij dat ze nog steeds van mij houdt. Dat wel, maar of ik ooit nog een stekje van haar krijg, is de vraag. 

En daarna was ik klaar met mijn planten-app. Ik gooide de app, inclusief het plantenkerkhof met daarop mijn graslelie, mijn aloë vera en mijn bananenplant-baby, resoluut van mijn telefoon.
Voortaan gaan we weer voor de old fashion way. Eén keer per week water geven. En niet te veel. Eens kijken waar dat ons brengt.

Aladdin.

Ergens in 1993 kwam de tekenfilm Aladdin uit. Hij zal ongetwijfeld in de bioscoop gedraaid hebben maar daar heb ik ‘m nooit gezien. Wel thuis. Een keer of 800, schat ik zo. Want tegen de tijd dat de film op video uit kwam, was mijn dochter bijna drie en groot fan. Ze droeg Aladdin-ondergoed en ze had een Aladdin-rugzak. Maar prinses Jasmine was haar grote idool. Haar haren moesten in een Jasmine-staart en ze gaf ‘Jasmine-kusjes’ die héél lang duurden. Voor haar derde verjaardag kreeg ze een Abu-knuffel, waar ze dolgelukkig mee was. Dat was nog een hele happening. Want van pure verjaardags-zenuwen moest het Jarig Jetje spugen en Abu kon op dag 1 meteen in de was.

In die tijd waren de middagen soms een beetje lang. Mijn uk sliep niet meer ’s middags, maar als ze een hele dag rondgerend had, viel ze vaak vlak voor het avondeten in slaap. Drie jaar zijn is ook enorm vermoeiend natuurlijk. Ik loste dat op door ’s middags een filmpje op te zetten. Aladdin bijvoorbeeld. En dan kropen we samen op de bank. Even uitrusten. Zij keek film en, eerlijk is eerlijk, meestal vielen mijn ogen dicht. Want moeder zijn van een driejarige is ook vermoeiend. Ruim 25 jaar later begin ik nog steeds spontaan te gapen wanneer ik de begintune van een Disneyfilm hoor.

Een tijdje terug werd aangekondigd dat Aladdin The Musical in het circustheater in Scheveningen zou spelen. En ik kreeg een hysterisch appje van het kind. “Mam! Gaan we? Gaan we?” En natuurlijk gingen we. We spraken af bij mijn werk en zouden van daaruit samen verder rijden in één auto. Ik stond op de stoep te wachten en daar kwam madam aan, hoor. Ik moet nog steeds een beetje grinniken als ik haar aan zie komen in haar auto. Hoe dan? Gisteren zat ze nog achterop mijn fiets in het kinderzitje. En nu rijdt ze ineens auto.

We reden samen naar Scheveningen en genoten van de musical. De decors en de kostuums waren werkelijk prachtig. En de geest is geweldig. Al is het altijd weer jammer dat de liedjes zo anders zijn dan in de film. Toen prinses Jasmine opkwam, keek ik even opzij naar mijn grote dochter. Wat had het leuk geweest als deze musical gedraaid had toen ze drie was. Ik had dat snuitje wel eens willen zien als ze eindelijk haar idool in het echt zag. Maar het was evengoed nog steeds geweldig leuk! 

Na afloop keken we of we een souvenirtje konden kopen. Da’s traditie. Bij elk uitje koop ik twee souvenirtjes. Eentje voor haar en eentje voor mij. Als aandenken aan ons uitje. Het liefst kopen we sleutelhangers, maar die waren er niet. Wel armbandjes. Voor maar liefst € 24,- per stuk. “Dan kopen we die!” zei ik. “Mam, doe normaal! € 24,- voor een armbandje! Dan gaan we niet doen, hoor!” siste mijn dochter.

Ik keek naar de armbandjes. En ik dacht aan al die keren dat ik met mijn kleuterdochter bij een voorstelling was geweest. Of het nou een circus was, Holiday on Ice of iets in een theater; altijd was er ‘merchandise’. Net zoals bij de Efteling, waar elke attractie eindigt in een winkeltje. Zo leuk voor de kinderen. Ja, ja. Pure geldklopperij. Probeer maar eens een opvoedkundige ‘nee’ te verkopen aan een kind dat rondloopt is zo’n shop.

Wat vond ik dát toch altijd irritant. Want bij zulke gelegenheden renden er hordes kinderen rond met al die dure spullen. Boekjes, hoeden, knuffels, je kon het zo gek niet verzinnen. En mijn stakkertje, dat kind uit een eenoudergezin uit een kansarme wijk, zag dat ook natuurlijk. Maar die had een moeder die dan al haar enthousiasme in het meest goedkope item stopte. “Kijk dan, schat! Vind je dát niet leuk?” En dan liep mijn kind daar. Te stralen. Met een vlaggetje of een potlood of zo. 

Dus ik kocht twee veel te dure, foeilelijke kinder-armbandjes. Een voor mij. En een voor mijn dochter. Omdat ik het nu kan missen. Als aandenken aan een leuke avond. Misschien heeft mijn dochter vandaag haar armband wel om gehad naar haar werk. En heeft ze tegen al haar collega’s opschept dat ze met mama naar Aladdin is geweest. En dat ze de echte Jasmine heeft gezien. En dat het heel mooi was. En dat ze ook een echt Jasmine-armband heeft gekregen. Lekker puh!