De vaste lezers hier weten het; ik háát winkelen. Maar dan ook écht! Uit het diepst van mijn hart. Helaas heb ik een nóg grotere hekel aan kleding bestellen. Ik ben te ongeduldig om thuis te passen, te constateren dat iets niet past of tegenvalt, de hele bende weer terug te moeten sturen en dan nóg niks te hebben. Dus zit er niets anders op dan mij af en toe toch onder de mensen te wagen. Zoals afgelopen week. Op zoek naar een nieuw hang-op-de-bank-pak. En dat is nogal wat want ik ben niet echt een mensenvriend.
Ik wil jullie graag deelgenoot maken van mijn diepste gedachten terwijl ik winkel.
Gevoelige zieltjes raad ik aan niet verder te lezen. In willekeurige volgorde is dit wat er zo ongeveer door mijn hoofd gaat tijdens een uurtje shoppen:
“Zo! Wat een koude wind, zeg! Gadverdamme!”
“Heb je hem weer met zijn lawaaibak. Donder op, jongen!”
“Ja, ik ga ook altijd midden op de stoep staan ouwehoeren. Heel handig!”
“Zul je zien dat ik ook nog een bui regen op mijn kop krijg.”
“Leuk zo’n motor. Maakt ook niet zoveel lawaai, he?”
“Halleluja! Wat staat die muziek hard! Het is een winkel, hoor. Geen disco!”
“Hè ja, joh! Ga even op je gemak je spullen inpakken bij de kassa.”
“Mijn hemel, wat schreeuwen die kinderen, zeg! Dat had er een van mijn moeten zijn!”
“Dus jij rijdt gewoon de hele middag rondjes zinloos door het dorp met je lawaaibak? Ga toch werken, man!”
“Kind, bewaar je traantjes toch. Je zult ze nog hard genoeg nodig hebben later.”
“Tuurlijk, joh! Ga lekker stilstaan vlak achter de toegangspoortjes. Goed bezig!”
“Handig, hè? Zo’n grote rugzak? Heb je fijn allebei je handen vrij terwijl je de hele doorgang blokkeert. Sukkel!”
“Als jij nou even de hengsels van je mandje goed doet, dan kan ik de mijne ook gewoon neerzetten. Idioot!”
“Och hemel, daar is die lawaaibak weer. Jij hebt écht geen leven, hè”
“Loop eens even door, zeg! Dat geteut ook altijd!”
“Goed voorbeeld ben je, zeg! Lekker met je kind achterop op de stoep fietsen!”
“Steek je hand dan uit, hansworst! Je ziet toch dat ik sta te wachten?”
Bloedchagrijnig, ondanks dat ik wel een hang-op-de-bank-pak gescoord heb, kom ik bij de deur van de flat aan en loop daar een pakketbezorger tegen het lijf, die op de bel van een van de buren drukt. Jasses! Ik voel de bui al hangen. Maar hij vraagt niks dus ik doe de deur open en loop naar binnen.
De pakketbezorger staat nog te wachten maar glipt uiteindelijk toch achter me aan, mee naar binnen. “Mevrouw, denkt u dat ik het pakket voor de deur kan leggen of wordt het dan gestolen?” Wat denk je zelf, vriend? Dus ik antwoord: “Ik denk dat in jouw functieomschrijving staat dat jij pakketten moet be-zór-gen.” “Ja maar, er is niemand thuis.” sputtert de pakketbezorger. “Dan moet je de procedure volgen die jullie afgesproken hebben, hè. En ik denk níet dat daar in staat dat jij je pakket zomaar voor de deur achter mag laten.” doceer ik, terwijl ik doorloop. “Ik zet het pakket hier neer. Dank u wel, mevrouw!” zegt de pakketbezorger en hij trekt snel de deur achter zich dicht.
Dank u wel, mevrouw? Dank u wel, mevrouw? Sodemieter op, zeg! Op zo’n moment wil ik eigenlijk alleen nog maar heel hard gillen. Of emigreren naar een onbewoond eiland of zo. Dat zit er helaas niet in. Maar vanavond kruip ik lekker met een boek en een beker thee op de bank. In mijn nieuwe hang-op-de-bank-pak. En voorlopig hoef ik de deur niet meer uit. Da’s beter. Voor iedereen.
*Bijschrift bij de foto: het is niet mijn gewoonte om Gifje te plaatsen. Maar deze is mijn favoriet. Mijn meest verstuurde Gifje in Whatsapp. Dit bén ik gewoon. Ten voeten uit. Zeker na een uurtje shoppen.