De laatste weken is er een hoop ophef ontstaan in de turnwereld. Niemand leek verbaasd dat in het Oostblok of in China jonge turners en turnsters met harde hand klaargestoomd werden voor de Olympische Spelen. De ontzetting was groot toen bleek dat ook Nederlandse trainers zich schuldig zouden hebben gemaakt aan mishandeling, vernedering en manipulatie.
Ik ben een turn-moeder. Mijn dochter turnt vanaf haar achtste. En hoewel de Olympische Spelen nooit een optie waren, ze zelfs nooit een NK gehaald heeft, draaiden we samen toch járen mee in de turnwereld. Ik als chauffeur naar de talloze trainingen en als grootste fan, tijdens al die mooie lentedagen die ik doorbracht op een harde bank in een turnhal. En Michelle als redelijk talentvol turnster, die bovenal veel plezier in haar sport had.
Uiteraard hadden wij het er samen over. ‘Ach, Mich!’ riep ik uit. ‘Tuurlijk is dat fout maar waar waren de ouders?’ Want voor mij is het zo klaar als een klontje. Als ik zou horen dat mijn kind mishandeld werd, was het zo gedaan met dat trainen. ‘Maar mam’ opperde Michelle ‘Ze dachten dat dat normaal was. Ze wisten niet beter dus ze vertelden thuis niks.’
Maar toch. Ik hield mijn perfectionistisch aangelegde kind altijd met argusogen in de gaten. Of ze wel goed at bijvoorbeeld. En geen anorexia ontwikkelde met al dat trainen. Maar dat deed ze niet. Sterker nog: na iedere wedstrijd was er de geruststellende traditie om met de hele groep turnstertjes hamburgers en frietjes te gaan eten bij die tent met die enge clown.
Werd Michelle mishandeld door haar trainsters? Haha! Nou, nee! Michelle was dol op haar trainster Chantal. Die kwam ook gewoon bij ons over de vloer. Om even een vrije oefening in elkaar te draaien, bijvoorbeeld (jammer dat de filmpjes niet meer werken!). En dat arme kind had het zo druk met turntrainingen geven, dat ik haar min of meer adopteerde en regelmatig een bakje eten voor haar mee bracht als ik Mich op ging halen na een training. Of ik ging een muur behangen in Chantal’s huis, omdat ze daar zelf geen tijd voor had.
En Michelle had zoveel vertrouwen in Chantal dat ze bijvoorbeeld nooit alleen een salto van de brug heeft kunnen doen zonder haar trainster. Chantal hoefde niet eens te vangen. Die riep alleen “Los!” op het juiste moment en dan liet Michelle de legger los. Hilarisch waren de wedstrijden waarbij Chantal aan de andere kant van de zaal stond, bij een andere turnster. Mich turnde haar brugoefening alleen, tot het moment van die salto. Dan kwam Chantal aanrennen van de andere kant van de zaal, riep “Los!” en rende dan weer terug naar de andere turnster, terwijl Michelle haar salto af deed.
Chantal en Michelle gingen zelfs samen op vakantie. En Michelle nam Chantal’s vakantiebaantje in Italie over. Dolle pret hadden ze samen. En ik heb me geen moment zorgen gemaakt. Maar ik ben er ook heilig van overtuigd dat Michelle het me verteld zou hebben als Chantal gemeen was geweest. En dat ik het gemerkt zou hebben.
Maakten we dan nooit rare dingen mee?
Ja. Er was die trainer bij een nieuwe vereniging in Amsterdam (ik noem geen namen) nadat we net verhuisd waren. Trots vertelde Michelle, toen een jaar of dertien , bij de kennismaking dat ze tweede was geworden bij de regiokampioenschappen in Zuid-Nederland. Bloedserieus keek de trainer haar aan en vroeg “Hoezo tweede? Was je geblesseerd dan?” Michelle en ik waren allebei sprakeloos. Het is bij die vereniging ook nooit meer gezellig geworden, geloof ik. En Mich stapte dan ook over naar een andere turnvereniging.
En ja. Er waren ouders die hun kinderen filmden om thuis de oefening te bespreken en te analyseren wat er misgegaan was. Ehhh? Ik filmde juist met het angstzweet op mijn rug. Zodat ik later lekker relaxt terug kon kijken als ik zeker wist dat er niks fout gegaan was en Michelle niks gebroken had. Maar er waren ook ouders met turntoestellen in hun tuin. Zodat de kinderen ook thuis konden trainen. Er waren kinderen die straf kregen van hun ouders als een wedstrijd niet goed ging.
Toen ik hieraan terug dacht, besloot ik de documentaire ‘Turn’ te kijken die ik nog steeds niet gezien had. Afgezien van het feit dat ik het een barslechte documentaire vond, vond ik het ook heel schokkend om te zien. Ja, ik vind dat mishandeling. En ja, ik schrok van de manipulatie door de trainers én de ouders. ‘Je mag best stoppen, hoor. Je mag zelf kiezen. Maar je allerbeste vriendje gaat wél door.’ zei een moeder. Of de vader die glashard zegt ‘Je moet wel wat bereiken in het turnen. Leuk? Als het leuk moet zijn, ga je maar op hockey’. Echt bizar! En niemand, de ouders niet, de trainers niet en zeker de kinderen niet, lijkt plezier te hebben. Ik vond het naar om te zien.
Nu ik er over nadenk, begrijp ik ineens waarom mijn dochter geen top-turntalent geworden is. Waarom die Olympische Spelen nooit gelukt zijn. Omdat ik vond het dat het ‘maar’ een hobby was. Omdat ik beretrots was als ze won maar ook altijd zei dat ze mijn kampioen was als ze niet won. Omdat ik toeliet dat ze lol maakte met Chantal en hamburgers at na elke wedstrijd. Ik had haar moeten laten mishandelen en manipuleren. Maar in plaats daarvan wenste ik Michelle bij elke wedstrijd ‘Veel plezier!’ Want dáár draait het om, volgens mij. En plezier had ze gelukkig! Nog steeds trouwens. Want zodra het Corona-technisch weer mag, gaat ze weer lekker trainen. Niet voor wedstrijden. Maar gewoon voor de fun. Ook al is ze inmiddels 27.
De documentaire is terug te kijken op NPO Start.
Je kunt in plaats daarvan ook gewoon onderstaand filmpje kijken. Dat filmpje is namelijk wél leuk.