Toen ik het appartement waar we nu wonen op internet zag staan, was op een van de foto’s te zien dat de woning uitkeek op een kerk. ‘Wat grappig,’ dacht ik. Want Frank vertelde vaak hoe hij opgroeide in de Staringstraat in Amsterdam, recht tegenover de – inmiddels gesloopte – Sint Vincentiuskerk en zo gewend was aan het geluid van de kerkklokken.
Maar de foto’s die ik zag op internet, met uitzicht op de kerk, bleken niet van onze woning te zijn. Want vanuit ons huis hebben we geen direct uitzicht op de kerk, tenzij we op het aanrecht klimmen. Maar goed, we wonen praktisch náást een kerk. De Laurentiuskerk. Ook goed. In el geval horen we de klokken.
Toen we hier kwamen wonen en nog bezig waren om ons huisje op te knappen, verkenden we de plaatselijke horeca. En een van de eerste restaurantjes waar we neerstreken was ‘Het dorrup’, dat recht tegenover een kerk ligt. Nóg een kerk? Ja, nog een kerk. De Dorpskerk. 450 meter van de Laurentiuskerk vandaan. En ook van deze kerk, horen we thuis de klokken. Want we wonen precies tussen deze twee kerken in.
De Dorpskerk is ouder dan de Laurentiuskerk. Veel ouder. En wij vinden het een prachtig kerkje. Dus doken we in de geschiedenis van de Dorpskerk. En we ontdekten dat de kerk al bestond in 1043 en dat er op 15 mei 1492 een enorme knokpartij heeft plaatsgevonden. De opstand van het Kaas- en Broodvolk eindigde hier op het kerkhof*.
Van recentere datum is het verhaal over de klok van de Dorpskerk. De klok werd gegoten in 1464 door een klokkengieter uit Utrecht. Hij werd geluid bij storm of bij brand om de bewoners te waarschuwen voor gevaar en bleef daar eeuwen hangen. Tot in de Tweede Wereldoorlog. Toen werd de klok – samen met heel veel andere kerkklokken in Nederland – uit de toren gehaald en verscheept naar Duitsland waar hij omgesmolten zou worden tot munitie. Maar zover kwam het niet.
Het schip ‘Hoop van zegen’ werd in januari 1945 door de Duitsers gevorderd om de klokken naar Duitsland te verschepen maar de schipper weigerde mee te werken en ging van boord. Er werd een onervaren schipper opgetrommeld en zo vertrok de ‘Hoop van zegen’ uiteindelijk toch. In een konvooi van elf schepen met aan boord 226 door de Duitsers geroofde klokken. Ze vertrokken vanuit Amsterdam over het IJselmeer naar Lemmer om van daaruit door te varen naar Duitsland.
Door de inzet van verschillende mensen, liep het iets anders. Want het stormde en de vuurtorenwachter van Urk doofde – niet geheel toevallig – uitgerekend die nacht de noodverlichting van de vuurtoren. Het hele konvooi liep, in het donker, aan de grond bij Urk. Er werd een bergingsfirma uit Urk ingeschakeld maar die hadden niet zo veel zin in het klusje voor de Duitsers. Ze saboteerden de berging en de ‘Hoop van zegen’ zonk. Met alle geroofde klokken aan boord. Na de oorlog, in de zomer van 1945, werden de klokken boven water gehaald. En in 1946 werd de klok van ‘onze’ Dorpskerk terug gehangen waar hij hoort.
Als ik ‘s avonds laat naar de klokken van de kerken luister, denk ik aan al die dappere mensen die er voor zorgden dat de klok uit de Dorpskerk van Heemskerk niet omgesmolten werd. Liggend in mijn warme bedje tel ik de slagen. Alle 24. Want de klokken van Heemskerk lopen niet gelijk. Dat kan me helemaal niks schelen. Ik houd van het geluid van de klokken. En van het verhaal erachter.
* Het verhaal over de opstand van het Kaas- en Broodvolk is al zo mooi beschreven op deze site, ik vond dat ik het niet beter kon. De informatie over het Klokkenschip vond ik hier en hier.
** Bijschrift bij de foto: de toren van de Dorpskerk op Bevrijdingsdag 2019. De Engelse vlag wappert er ere van de Britse Soldaten die op het kerkhof begraven liggen. Hun verhaal staat hier.
Ik wilde schrijven, ik zou er gek van worden… Toen drong het tot mij door dat ik zowel de klokken van de kerk in de Sinselstraat als de Blerickse klokken kan horen.
Maar ik tel de slagen niet.
Sterker, ik hoor ze niet eens meer.
Mooi verhaal.
Het was uiteraard een verschrikkelijke tijd, maar dit soort verhalen zijn prachtig. OT: ik sprak na de herdenking nog even met die oud strijder en vroeg of hij zich mijn opa kon herinneren. Zijn ogen begonnen te glimmen en vol trots zei hij, ja dat was mijn majoor Mulder. Hij zij dat we naar het Haagsche Schouw moesten en we liepen de kazerne uit met maar een paar wapens bij ons. Je opa was scherpschutter en die veroverde in zijn eentje een aantal mitrailleurs op die Duitsers en daarmee hebben we gewonnen van ze. Ze werden dus verslagen met hun eigen wapens. Prachtig dat verhaal en hoe de man er nu nog van geniet.
O je maakt me helemaal blij met dat verhaal want ik wist wel dat die klokken gejat werden door ze, maar niet dat ze ze niet allemaal te pakken kregen. Prachtig!