Het museum van Ciska.

Ergens in 1940 had mijn moeder een vriendinnetje. Ze heette Ciska en ze woonde op een boerderij vlak bij het stationnetje waar mijn moeder woonde. Mijn moeder was negen, haar vriendinnetje Ciska was elf. Door de jaren heen hielden ze contact. Met mate want ze groeiden op, kregen grote gezinnen en waren daar druk mee. Telefoon was niet vanzelfsprekend en even op visite gaan ook niet. 

 

Toch bracht ik ergens in de jaren tachtig een paar weken door in de stacaravan die op het erf van Ciska stond, die inmiddels in Loon op Zand op een boerderij woonde. Samen met mijn ouders, mijn tante, mijn oom en een neefje. Ik vond het wel leuk, geloof ik. De boer aan de overkant had zijn stal verbouwd als zwembad waar we mochten zwemmen. ‘s Avonds gingen we soms op visite bij Ciska om te kletsen en te kaarten. Ik plukte kruisbessen in de moestuin, we gingen zonnen bij het Blauwe Meer en ik maakte ritjes op de ponykar met de jongste zoon van Ciska.

 

De jaren verstreken. Mijn moeder en Ciska werden ouder. Soms was er contact. Soms niet. Hun kinderen vlogen uit, mijn vader, mijn oom en mijn tante overleden. En nu zijn ze 91 en 93, de vriendinnetjes van toen. ‘Hoe zou het toch met Ciska zijn?’ vroeg mijn moeder laatst. Uit sporadisch telefonisch contact wist mijn moeder dat Ciska nog steeds op de boerderij woont. Met hulp en aan huis gebonden door allerlei kwaaltjes. ‘Weet je wat we doen, mam?’ zei ik. ‘Wij gaan naar Ciska!’

 

Ik belde haar. Zelfs als rasechte Brabantse had ik moeite haar te verstaan maar we maakten een afspraak. Afgelopen zaterdag reed ik mijn moeder in haar rolstoel de boerderij van Ciska binnen. En ik donderde in een klap veertig jaar terug de tijd in. Ik zag de tafel waar mijn vader vroeger zat te kaarten. En ik herinnerde me dat het huis van Ciska vol stond met van alles. Maar als veertienjarige zag ik het alleen maar als ‘vol’. Nu pas zag ik wat een schatten Ciska verzameld heeft. Die vrouw woont in een museum. Ik ben blij dat ik niet hoef te stoffen daar maar ik vond het prachtig!

 

Mijn moeder en Ciska pakten de draad op alsof ze elkaar gisteren nog gezien hadden. Terwijl zij verhalen uit wisselden over ‘jullie Tiny’ en ‘onze Kees’ zat ik om me heen te kijken.  ‘Kekt gerust rond, meske’ zei Ciska. En ze was zo lief me, steunend op haar rollator, een rondleiding te geven. Langs de kast die haar ouders bij hun bruiloft kregen. Langs het Maria-beeld in een kastje – ‘Dè is gemakt vaan bijenwas’ – dat ze kreeg toen ze 25 was. Ik bekeek alle Mariabeelden onder stolpen. Ik ontdekte een mandje échte kolen naast de kachel en ik was verrukt toen Ciska vertelde dat dat ene gordijntje boven de kachel nog uit de bedstee van haar moeder kwam. En ik vond het prachtig dat de ‘klumpkes’ van de moeder van Ciska nog steeds bij de kachel staan.

 

Ergens tussen alle beeldjes, engeltjes en andere snuisterijen ontdekte ik een gruwelijk lelijke porseleinen mand die ik me herinnerde van vroeger. ‘Die hadden wij thuis ook!’ riep ik. Dat bleek te kloppen. Want, zei Ciska ‘Die hej ik van oe moeder gekregen’.  We kletsten ons zonder problemen door de middag heen en we spraken af snel weer langs te komen. Want ik had wel in de gaten dat het voor mijn moeder én voor Ciska fijn was om bij te kletsen met iemand die hun ouders nog gekend heeft. En al hun overleden familieleden.

 

 

Dus binnenkort gaan we terug. Kunnen de dames weer lekker bijkletsen.
En ik vermaak me wel in het museum van Ciska. 

22 gedachten over “Het museum van Ciska.

  1. KoffieDigitalix

    Grinnik… Vooral dat stukje over die lelijke mand. Je moeder heeft het aan de juiste persoon gegeven.
    Fijn dit soort bezoekjes. Ik weet dat zowel mijn vader als grootvader op een gegeven moment zoiets hadden van ‘al dat jong spul en wie kent mij nog van vroeger.. ‘..

  2. rietepietz

    Zó lief dat je dit doet voor de dames want inderdaad , hoe ouder je wordt hoe minder mensen er over blijven die je verleden kennen.
    Ik zou niet héél lang wachten met een volgend bezoek, de dames hebben natuurlijk de leeftijd dat ze ieder moment ander bezoek kunnen verwachten, je weet wel, die Hein.

  3. Saskia

    Mooi is dat he! Dat mensen het na jaren zó weer op kunnen pakken – dat is toch wel echte vriendschap. En wat een huisje joh. Ik snap de opmerking blij niet te hoeven stoffen, godgod.. Dat zou wat zijn!

    1. Nicky Bericht auteur

      Die had ik niet eens gezien, Sonja! Het lijkt wel een opgezet beestje! Jasses! Ik zal volgende keer even kijken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *